Online verhalen
Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.



 
IndexIndex  Laatste afbeeldingenLaatste afbeeldingen  RegistrerenRegistreren  Inloggen  

 

 Final kill 2

Ga naar beneden 
AuteurBericht
Dauntless




Aantal berichten : 2
Registratiedatum : 15-05-13

Final kill 2 Empty
BerichtOnderwerp: Final kill 2   Final kill 2 Icon_minitimewo mei 15, 2013 2:04 pm

Alex
Kenji staat voor me tegen de muur geleund.
Hij kijkt me met een flirterige blik aan, en o, wat kan hij dat toch goed.
Ik sla mijn armen om zijn nek en hij legt zijn handen op mijn heupen.
Onze lippen raken elkaar eerst zachtjes en daarna heviger, vuriger.
Mijn lichaam staat in brand, en een sterk verlangen laait in me op.
Ik zweer het je, hij is zalig.
Zijn lippen glijden naar mijn nek en mijn sleutelbeen.
‘Hé, kunnen jullie niet wachten tot jullie thuis zijn?’
Evy’s stem brengt me terug naar het hier en nu.
Met spijt doe ik een stap van Kenji vandaan en kijk naar haar.
Ze trekt een grimas.
‘Maar ze is zo onweerstaanbaar,’ jammert Kenji.
Zijn hand vind de mijne en onze vingers verstrengelen.
Evy draait overdreven met haar ogen. ‘Twee dagen! Het is twee dagen geleden dat het uit is met Nick en je bent hem al vergeten!’
Kenji grijnst. ‘Dat is niet moeilijk met iemand als mij…’
Ik stomp hem in zijn zij.
Maar ik kan het eigenlijk niet ontkennen.
‘Oké, oké. Ik heb genoeg gehoord. Komen jullie mee naar de Panter?’ zegt Evy.
‘Gaan we broodjes eten?’ vraag ik opgewonden. ‘Komt er nog iemand mee?’
‘Alleen wij drie en…nou ja, Andris.’
‘Aha!’ nu is het mijn beurt om met mijn ogen te draaien.
‘Hij is gewoon een vriend!’ protesteert Evy.
‘Ja, ja…’
‘Kom op!’ roept Kenji en hij trekt me mee richting de snackbar.
Vrolijk huppelend volg ik hem.
Eerlijk? Ik ken Kenji niet echt goed.
Ik heb hem pas ontmoet, een week geleden.
Hij was gitaar aan het spelen op de brug, de dag na de orkaan.
Ik was abrupt blijven staan toen ik hem zag.
Hoe hij daar zo zat, met zijn zwarte broek en zijn groene T-shirt.
Hij keek geconcentreerd naar zijn gitaar, gleed behendig met zijn vingers over de snaren.
Er stonden zeven andere meisjes rond hem, en ik ging op mijn tenen staan om hem te kunnen bewonderen.
Voorbijgangers gooiden geld in het potje naast hem, soms zelfs meer dan vijf euro.
Ik vroeg me af of hij uit de arme streek kwam.
Toen ik eindelijk dichter bij hem kon komen gooide ik een briefje van tien in het potje.
Hij stopte met spelen en ik keek naar hem, naar zijn starende bruine ogen.
‘Wat?’ vroeg ik. ‘Ik mag je toch wel belonen voor deze fijne namiddag?’
Hij grijnsde. ‘Het is me een genoegen, eh…’
‘Alex,’ zei ik snel.
‘Alex.’ Hij sprak mijn naam vloeiend uit, met een licht accent.
Hij stond op en borg zijn gitaar op.
‘Alex, gun je me de eer om samen iets te gaan drinken?’
Ja, duidelijk van de arme streek.
Maar dat boeide me niet dat moment, ik was gevleid.
De andere meisjes spuwden vuur met hun ogen toen hij mijn hand kuste.
Ik bloosde.
‘Oh, maar, jullie… wees maar zeker dat we elkaar nog wel eens zien,’ zei Kenji tegen de andere meisjes.
Toen hij mijn hand vasthad, zag ik zijn tattoo.
Op zijn onderarm zat een vlam.
‘Cool,’ zei ik met mijn vinger op het zwartje vlammetje.
‘Thanks.’
‘Ik wil ook een tattoo, maar mijn vader wil er niets van weten.’
‘Vertel eens,’ zei hij terwijl hij richting stad begon te lopen. Hij had nog steeds mijn hand vast. ‘Wat voor tattoo dan wel?’
‘Drie vogeltjes op mijn pols.’
Hij leek even uit het veld geslagen. ‘Geen hartje, sterretje of bloemetje? Zelfs geen naam van je vriendje?’
‘Ik heb geen vriendje,’ zei ik snel.
Hoewel ik toen wel nog een relatie had met Nick.
Maar ik was niet meer verliefd, het zou snel uit zijn.
‘Oh, geweldig! Dan kunnen wij gezellig uitgaan zonder problemen, yeah!’
Ik lachte.
Nu was ik echt gemeen, ik ging vreemd.
Opeens duwde hij me tegen de reling van de brug aan.
De wind speelde met onze haren.
Ik hield mijn adem in.
Hij boog zich voorover en zijn lippen raakten mijn wang toen hij fluisterde : ‘Je bent speciaal, weet je dat? Dat zie ik gewoon.’
‘Wat neem jij?’
Opeens ben ik weer in de broodjesbar.
Evy kijkt me vragend aan.
Kenji heeft een menukaart in zijn handen en tuurt ernaar.
‘Een cheeseburger,’ besluit ik snel.
Evy knikt. ‘Ik ook.’
‘Uh, Kenji?’ vraag ik.
Hij kijkt op van de kaart.
‘Ik betaal wel voor je,’ zeg ik.
Ik weet dat hij bijna geen geld heeft, en het is voor mij geen enkel probleem.
Kenji wilt protesteren maar ik houd mijn vinger in de lucht om hem het zwijgen op te leggen. ‘Jij zorgt al voor die tattoo, weet je nog?’
‘En dat,’ zegt Evy. ‘vind ik nog steeds een slecht idee.’
Ik negeer haar.
Kenji lijkt te zoeken naar een tegenargument, maar tot mijn grote vreugde vind hij er geen en knikt. ‘Goed dan. Ik neem een worstenbroodje.’
‘Gaan jullie maar alvast plaats zoeken, dan bestel ik wel,’ zeg ik tegen mijn vrienden.
Ze stappen naar het zitgedeelte.
‘Wat mag het zijn meiske?’ vraagt de vrouw achter de toog.
Ze is breed en klein, en haar haar zit in een strakke dot met een haarkapje erover.
‘Twee cheeseburgers en een worstenbroodje alstublieft.’ Ik schenk haar een vriendelijke glimlach.
‘Je krijgt er een gratis muffin bij,’ zegt ze als ze het worstenbroodje en de burgers opwarmt.
‘Geweldig!’
‘Nog iets?’
‘Oh, ook nog een cola alstublieft, en drie rietjes.’
Ze knikt en maakt de bestelling af.
Ik glimlach als ik zie hoeveel mayonaise ze op de cheeseburgers doet.
‘Bedankt!’
Ik trippel naar het tafeltje waar Kenji en Evy zitten en schuif naast Evy.
‘Oh, damn, ik heb niet gevraagd wat Andris wilde.’ Ik kijk Evy verontschuldigend aan.
‘Geeft niet, hij komt wat later.’
‘Voor wie is die muffin?’ vraagt Kenji. Ik zie zijn ogen glinsteren.
‘Voor jou,’ zeg ik als ik hem naar hem toe schuif.
Hij neemt er meteen een grote hap van (de helft eigenlijk) en sluit zijn ogen van verrukking.
Arme jongen, hij krijgt vast niet vaak zoiets te eten.
‘Zou je niet eerst je worstenbroodje opeten?’ vraagt Evy, maar ik leg een hand op haar schouder.
‘Laat hem maar.’
De cheeseburger is heerlijk na al dat gezonde gedoe thuis.
Papa weet niet eens dat ik dit doe, hij denkt dat ik voor school bij Evy thuis ben.
Hij weet ook niet dat ik morgen een tattoo laat zetten, en wel door Kenji.
Hij weet eigenlijk ook niet eens van Kenji, en hij weet zeker niet dat het uit is met Nick, de meest voorbeeldige en rijke jongen van de stad.
Ja, ik hou veel dingen verborgen voor hem, maar ik voel me er niet schuldig over.
Ik moet vrijheid hebben.
Alleen de tattoo… hij zal er erg van schrikken.
Kenji slurpt de cola bijna op en Evy staart hem geschrokken aan.
‘Sorry,’ mompelt Kenji. ‘Sorry…’
Er komt een meisje bij onze tafel staan.
Het is Elena, ze zat vroeger bij me in de klas.
‘Hé, uh, Alex? Ik moet je even spreken. Als je klaar bent, wil je dan even naar buiten komen?’
Ik aarzel even. ‘Waarom?’
‘Uh…Nick wil je spreken.’
Met een schok kijk ik naar buiten.
Er staan zeker tien mensen voor de snackbar. In het midden van hen staat Nick.
Ze staan daar allemaal op mij te wachten besef ik.
Mijn hart begint sneller te kloppen.
Nick mag dan wel voorbeeldig zijn, zijn vrienden zijn dat niet altijd.
Ik weiger naar buiten te gaan om me te laten vernederen.
‘Nee,’ zeg ik vastberaden.
Elena tuit haar lippen en stapt dan terug naar buiten.
Ze is het boodschappenmeisje.
Na een paar minuten overleggen komt Nick naar binnen.
Wanneer hij me ziet, verstrakt hij.
Of misschien omdat hij Kenji ziet.
Alleszins, hij lijkt niet blij.
Zijn handen zijn tot vuisten gebald.
‘Alex,’ mompelt hij en hij pakt mijn arm vast. Hij trekt me overeind. ‘Meekomen.’
Kenji staat met een ruk op en duwt Nick naar achter. ‘Blijf van haar af!’
Nick kijkt hem woedend aan. ‘Wie ben jij?’
‘Dat gaat je niets aan,’ snauwt Kenji. ‘Begrijp je het dan niet? Ze is niet meer verliefd op je, laat haar met rust!’’
Nick tuft op de grond. De vrouw achter de toog mompelt iets dat lijkt op klootzak.
‘Waarom zou ik? Ik wil met haar praten!’
‘Praten?!’ Kenji snuift draait met zijn ogen. ‘Je hebt daarbuiten een heel leger klaarstaan verdomme!’
‘Wat heb jij hier eigenlijk mee te maken?’ roept Nick.
De andere klanten kijken ons nieuwsgierig en bang aan.
‘Hij is mijn…vriendje,’ zeg ik en ik ga langs Kenji staan, die een glimlach op zijn gezicht krijgt.
‘Wa…wat?!’
‘Je hebt haar gehoord,’ zegt Kenji. ‘En nu, afbollen, oké?’
‘Ik…dit…Alex!’ stottert Nick.
Ik krijg medelijden met hem. ‘Nick, het spijt me. We… we hebben leuke tijden gehad samen, maar het is voorbij. Ik ben met Kenji nu.’
Heel even denk ik dat Nick zijn zelfbeheersing zal verliezen en Kenji gaat slaan, maar dan draait hij zich om en beent woest naar buiten.
Zijn vrienden werpen ons boze blikken toe.
Ik schud mijn hoofd.
‘Wat ’n eikel,’ mompelt Kenji.
Evy kijkt ons met grote ogen van schrik aan. ‘Uh, ga je niet achter hem aan om hem in elkaar te slaan?’ vraagt ze aan Kenji. ‘Man, je trilde helemaal!’
Kenji bloost een beetje. ‘Oh, eh, ja, ik word nogal snel boos…’
Evy zucht. ‘Man, dat was eng.’
Ik kijk Kenji diep in zijn ogen. ‘Dank je,’ mompel ik. ‘Dank je dat je het voor me opgenomen hebt.’
Kenji kust me zachtjes op mijn wang.
Ik sluit mijn ogen.
‘Geen zorgen Alex, ik bescherm je wel,’ murmelt hij.
Ik lach. ‘Ik ben een taaie, ik kan er wel tegen.’
‘Weet ik,’ fluistert hij.
‘Oh, god! Eindelijk!’ Evy loopt naar Andris die net binnen is gekomen.
Ze vliegen elkaar in de armen en ik denk even na over het woord “vriend”.
Ik grinnik.
Kenji strijkt mijn haar uit mijn gezicht.
Zijn armen zijn zo gespierd, zijn handen zo vol eelt en zo sterk, dat ik me afvraag hoe het komt dat hij me nog niet gebroken heeft.
Ik krijg zijn tattoo in de gaten en denk aan morgen. ‘Heb je die tattoo van jou ook bij jezelf gezet?’ vraag ik.
Kenji schud zijn hoofd. ‘Dat heeft mijn broer gedaan. En ik heb het op mijn beurt bij hem gedaan.
Ik draai met mijn vinger rondjes rond het vlammetje. ‘Wat betekent het?’
‘Kracht, onverschrokkenheid.’
Zo zie ik hem wel.
‘Kenji?’
‘Hmm?’
‘Waarom gaan we niet eens naar jouw huis?’
Hij schud zijn hoofd en kijkt naar de grond. ‘Kan niet.’
‘Waarom niet?’ dring ik aan.
‘Omdat… omdat mijn vader thuis is. Hij is… nou ja, hou het er maar bij dat hij nogal beschermend is. Hij zou heel bot tegen je doen.’
‘Maakt me niet uit,’ houd ik vol.
‘Mij wel,’ zegt hij. ‘Ik… ik vind niet dat je hem zou moeten ontmoeten.’
‘Ooit wel.’
‘Nog niet,’ mompelt hij. ‘Waarom kunnen we niet naar jou thuis?’
‘Hetzelfde probleem.’
Kenji grinnikt. ‘Zie je nou? Je begrijpt toch wel waarom ik je niet kan laten komen, right?’
Ik aarzel, ik geef me niet graag gewonnen. ‘Ja,’ zeg ik uiteindelijk.

Ik word wakker door een tikkend geluid.
Met een ruk kom ik overeind en kijk naar mijn raam.
Kenji hangt aan een tak van de boom naast mijn huis en tikt op het glas.
Ik haast me uit bed en open het raam.
‘Kenji, wat doe je? Idioot! Dat is levensgevaarlijk!’
Hij springt naar binnen. ‘Dat ik een idioot ben hoor ik wel vaker, je went eraan.’
Ik kan een lachje niet onderdrukken.
‘Klaar?’
Opeens herinner ik me waarom hij hier is.
‘O, ja, mijn tattoo.’ Ik loop naar de kleerkast en trek snel een jeans en een rood bloesje aan.
Kenji kijkt hoe ik me omkleed, maar hij staart niet.
Ik voel me op mijn gemak.
Als ik klaar ben en naar de deur wil lopen, houdt hij me tegen.
‘Langs het raam,’ fluistert hij. ‘We willen je vader niet wakker maken.’
Ik knik en kijk hoe hij met soepele bewegingen de tak vastgrijpt en zich vervolgens naar beneden laat vallen. Zo hoog is het niet.
Ik doe hem na, maar het lukt me niet zo goed als bij hem. Toch heb ik het gevoel dat ik het goed doe.
Als ik onder ben struikel ik naar voor en Kenji houdt me nog net overeind.
‘Je bent een natuurtalent,’ zegt hij.
Ik steek mijn tong naar hem uit.
‘Nee, echt! Ik meen het!’ zegt hij en hij probeert me serieus aan te kijken.
Ik rol met mijn ogen.
‘Je bent vast nog moe,’ zegt hij peinzend. ‘Aha, ik heb al een idee.’
Hij stormt op me af en voor ik me kan verzetten pakt hij me op en zit ik op zijn rug.
Ik sla mijn armen om zijn nek en begin te lachen.
Het geluid ervan galmt door de nog donkere straten en ik hou mijn mond.
Ik heb niet gezien hoe laat het is, wie weet?
Volgens mij is het nog nacht.
Maar in de verte zie ik een streep geel in de donkere hemel.
Ik schat dat het vijf à zes uur is.
Kenji begint te lopen en fluit een vrolijk deuntje.
Hij heeft een goede muzieksmaak merk ik op als ik het liedje herken.
‘Nirvana? Wauw, je bent echt wel goed.’
‘Yeah, de muziek van vroeger blijft altijd beter. Rock is vervangen door dance, neuh, ik hou daar niet zo van.’
‘Ik ook niet,’ zeg ik. ‘Maar al mijn vrienden wel, dus ja, ik ben blij met iemand die mijn mening deelt.’
Mijn handen liggen op zijn borst en ik voel zijn hartslag.
Het maakt me rustig.
Na een halfuur stappen zijn we in de sloppenwijken.
Alle hutjes en huisjes zijn vervallen en sommigen zelfs ingestort.
Ik kom hier niet graag.
De mensen op straat tuffen op de grond en kijken me minachtend aan.
We lopen de grootste drukte voorbij, tot we bij een doodlopend straatje komen en er nog maar één gebouw voor ons staat.
Het ziet er stevig uit, alleszins steviger dan de andere gebouwen hier.
Kenji zet me op de grond en lijkt totaal niet uitgeput door het feit dat hij me helemaal tot hier heeft gedragen. Hoewel ik hem meerdere keren gezegd heb dat hij me wel neer kon zetten, bleef hij volhouden.
Kenji laat mij eerst binnen.
Het is er donker en vochtig.
Het enige licht komt van een paar peren aan de muur.
Er staan geen meubels in de kamer, behalve een stoel en een tafeltje waar spullen op liggen.
Een naald, zie ik.
Aan de andere kant van de kamer staat een trap, er zijn dus meerdere verdiepingen.
‘Is dit je huis?’
Kenji aarzelt. ‘De kelder,’ zegt hij uiteindelijk.
Hij gebaard naar de stoel en ik ga er zenuwachtig op zitten.
Ik tril en veeg over mijn voorhoofd om het zweet eraf te krijgen.
De naald ziet er gevaarlijk en pijnlijk uit.
Dat is hij ook! Je had beter na moeten denken!
Nu kan ik niet meer terug.
Ik slik als Kenji de naald naar mijn arm brengt en vraagt : ‘Drie vogeltjes op je pols, right?’
Ik knik.
‘Ben je hier zeker van?’
Ik denk niet na en knik weer.
‘All right,’ mompelt Kenji en hij zet de naald tegen mijn arm.
Ik gil niet, zelfs al lijkt het of mijn arm in brand staat.
In plaats van op de pijn te letten, concentreer ik me op Kenji’s vingers die mijn arm vasthouden.
Ze zijn warm en lijken wel door mijn huid te branden.
Als ik Kenji’s serieuze gezicht zie vertrouw ik hem en ontspan ik me min of meer.
En dan is het gedaan.
Tevreden kijkt Kenji naar de drie vogeltjes op mijn pols.
Er gaat een vlaag van blijdschap door me heen. Eindelijk!
‘Kenji?’
‘Ja?’
‘Dankje.’
‘Geen probleem.’
Maar lang kan ik mijn tattoo niet bewonderen, want Kenji plakt er gaas op.
‘Het moet genezen,’ mompelt hij.
Ik knik. Dat had ik wel kunnen denken.
Maar ik kan het wel in mijn voordeel gebruiken, zo denkt papa dat ik gevallen ben of zo.
Kenji schrikt door een piepje.
Hij haalt een toestel uit zijn broekzak en tuurt naar het schermpje.
‘Heb je een gsm?’ vraag ik vol ongeloof.
‘Ja, een goedkope,’ mompelt hij.
Opeens is hij gespannen, hij schommelt ongemakkelijk heen en weer.
‘Moet je weg?’
‘Uh, ja, het is een…noodgeval,’ zegt hij.
‘Oké, ik uh, ik zie je nog wel…’
‘Morgen?’ vraagt hij.
‘Dan moet ik naar school.’
‘Tijdens de pauze sta ik bij de poort. Ik binnen, jij buiten, en we breken geen regels.’
Ik lach. ‘Zie je morgen.’

Terug naar boven Ga naar beneden
 
Final kill 2
Terug naar boven 
Pagina 1 van 1
 Soortgelijke onderwerpen
-
» Final kill 1.
» Kill Hannah

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Online verhalen :: Verhalen :: Spannend-
Ga naar: